Na de behandeling van vorm en functie van de vissen en de chemie van het water volgen nu de praktische maatregelen die getroffen moeten worden om de omstandigheden in vijver of aquarium voor de vissen gezond te maken en te houden.
De eerste stap is het verzamelen van zoveel mogelijk informatie over levenswijze en gedrag van de vissoorten die we zullen gaan houden en over hun natuurlijke milieu.
Hoe meer de omstandigheden in vijver of aquarium verschillen van die in de vrije natuur, des te groter de kans op stress en ziekten bij de vissen.
Overleg bij de inrichting van vijver of aquarium en daaropvolgend regelmatig onderhoud dragen veel bij tot de gezondheid van de vissen.
Vaak wordt een te groot aantal vissen in een vijver of een aquarium gehouden De getallen betreffen kleine vissen van 2,5 tot 5 cm lengte en er is rekening gehouden met het feit dat ze zullen groeien én met de mogelijkheid van technische problemen, zoals het uitvallen van de pomp.
Natuurlijk dienen deze getallen slechts als een leidraad, omdat bv. zeer actieve vissen vanzelfsprekend meer ruimte nodig zullen hebben en ook de installatie van beluchtings- en filtersystemen een grotere populatie van vissen mogelijk maken.
De grootte van het aquarium of de vijver wordt vaak sterk beïnvloed door de kosten en door de beschikbare ruimte en dat heeft weer gevolgen voor de soort en het aantal vissen dat gehouden kan worden.
Ofschoon veel vissen tamelijk gelukkig kunnen zijn met een solitair bestaan, kunnen de soorten die meestal in een tropische gezelschapsbak worden gehouden het beste als paartjes of in schooltjes van vijf tot tien samenleven.
Voor vissen die van nature in scholen leven moet het aquarium natuurlijk wel ruim genoeg zijn.
Een te beperkte ruimte veroorzaakt bij deze vissen te veel stress.
Verenigbaarheid
Bij het vormen van een leefgemeenschap van vissen in een aquarium of vijver zullen soorten vissen gekozen worden die verenigbaar zijn wat de grootte, het gedrag en de voedingsgewoonten betreft en eveneens zullen ze gelijkwaardige eisen moeten stellen wat betreft de waterchemie en de temperatuur.
Zo kan men bv. pauwoogcichliden (Astronotus ocellatus) en neontetra's (Paracheirodon innesi) in zacht water houden, maar als eerstgenoemde meer dan 2,5 cm lang zijn zullen ze de neontetra's als lekkere hapjes gaan beschouwen.
Vaak wordt vergeten dat de kleine, snoezige visjes groter zullen worden.
Wat de grootte betreft zouden ook neontetra's en black molly's wel aardig bij elkaar passen maar de molly's gedijen het best in wat hard water, wat niet van de neontetra's gezegd kan worden.
Een veelvoorkomende fout is ook dat een schooltje vinnenbijtende vissen zoals zwarte tetra's of sumatraantjes in hetzelfde aquarium worden gehouden als langvinnige soorten zoals maanvissen.
Niet alleen zullen de onstuimige, snelle vissen de nogal rustige maanvissen van streek brengen, ook zullen door beschadiging van de vinnen eerder ziekten als vinrot en allerlei infecties optreden.
Positie en decor
De plaats van het aquarium moet goed worden gekozen.
In het algemeen moet een aquarium niet te veel zonlicht krijgen, ofschoon een ochtendzonnetje de voortplanting kan stimuleren.
Voor een vijver moet niet een erg beschaduwde plek worden gekozen.
Sommige vissen voor aquarium of vijver zijn nogal schuchter en in dat geval is het beter een plaats waar veel geluid of beweging is te vermijden.
Zo is voor een aquarium een plaats naast een deur niet zo'n goede keus.
leder die de kamer binnenkomt of verlaat moet langs dat aquarium en vooral het dichtslaan van de deur zal voor de vissen storend zijn.
Bovendien is het een tochtige plaats die onnodige temperatuurschommelingen tot gevolg zal hebben.
Het decor zal afhangen van de vissen die gehouden zullen worden.
In het algemeen wordt een gezelschapsbak ingericht met behulp van waterplanten, stenen en grotten, terwijl ook op hun kant gelegde bloempotten kunnen dienen als schuilplaatsen voor schuchtere vissen of als plaats om de eitjes af te zetten en eventueel het broed te verzorgen.
Soms geeft de tekening op het lichaam van de vissen enige aanwijzing voor het decor.
Zo vragen vissen met een verticale streping als het ware om een decor van hoge, tamelijk rechte planten, zoals Vallisneria.
Filtratie en beluchting
Filtratie- en beluchtingssystemen hebben vier belangrijke functies:
het mechanisch verwijderen van afval dat in het water drijft
het op biologische of chemische wijze onschadelijk maken van giftige stoffen
het bevorderen van de uitwisseling van gassen (zuurstof moet in het water worden opgenomen en kooldioxyde en andere gassen moeten worden verwijderd)
het zorgen voor een soort natuurlijke stroming passend bij de vissoorten die worden gehouden.
De keuze van het filter hangt af van de volgende factoren:
De hoeveelheid geproduceerd afval
Goudvissen en grote cichliden produceren aanzienlijke hoeveelheden afvalstoffen en om die te verwijderen is een filter met een grote capaciteit nodig.
Daartegenover leveren karperzalmpjes zo weinig vuil dat een eenvoudig filter kan volstaan.
De verlangde watercirculatie
Veel aquariumhouders denken dat een efficiënte filtratie overeenkomt met een snelle watercirculatie.
Dat is niet juist; een langzamer werkend filter kan zeer effectief zijn.
Bovendien zijn er vissoorten die niet gewend zijn aan een sterke stroming en ook al lopen ze daardoor geen lichamelijke schade op, toch kunnen ze erdoor gaan lijden aan stress.
Bij een langzaam werkend filter in een zoetwateraquarium of in een vijver zal de totale hoeveelheid water in 1 of 2 uur rondgepompt zijn, terwijl dat bij een snelwerkend filter, vooral in zeeaquariums 1 tot 5 maal per uur gebeurt.
De zuurstofbehoefte
Hoe meer vissen het aquarium bevolken en hoe hoger de temperatuur is, des te meer is een goede beluchting noodzakelijk.
Voor het zuurstofgehalte van het water zijn sommige vissen gevoeliger dan andere.
Zo hebben bv. goudvissen blijkbaar eerder last van een zuurstoftekort in warm water.
Door lucht aangedreven filters helpen het zuurstofgehalte van het water verhogen en enkele filters met elektrische motor brengen lucht in de terugkerende waterstroom of zijn voorzien van een sproeistaaf die zorgt dat het wateroppervlak lucht kan opnemen.
Het in contact brengen van het aquariumwater met lucht zorgt dat zuurstof in het water wordt opgenomen en dat gassen zoals kooldioxyde kunnen ontwijken.
Keuze van het filtermedium In verband met de gewenste soort filtratie (mechanisch, biologisch of chemisch) is de keuze van filtermedium en filtermodel belangrijk.
Sommige filters zijn vooral geschikt voor biologische media waarin kolonies nitrificerende bacteriën voorkomen terwijl andere modellen media bevatten voor denitrificerende bacteriën.
Ook zijn er typen waarin beide soorten bacteriën hun werk doen in aparte delen.
Er zijn verschillende typen filters waarin allerlei media kunnen worden gebruikt.
Het introduceren van de vissen
Vissen die eerst gezond waren worden vaak ziek als ze in een pas ingericht aquarium worden vrijgelaten.
Kennelijk veroorzaakt de overbrenging stress waardoor de vissen vatbaarder worden voor ziekten, zoals bv. witte stip.
Het is dus zaak die stress zoveel mogelijk te beperken.
Vissen worden normaal verkocht in plastic zakken met water.
Voor het vervoer worden die zakken omwikkeld om te sterk licht en temperatuurschommelingen te vermijden.
Thuis laat men de plastic zak ongeveer 15 minuten in het aquarium drijven zodat de temperatuur van het aquariumwater wordt overgenomen.
Dan pas wordt de zak geopend om een kleine hoeveelheid aquariumwater binnen te laten.
Telkens na vijf minuten wordt dat herhaald en zo krijgen de vissen gedurende een periode van 20 minuten de gelegenheid zich aan te passen aan de pH, de hardheid en in een zeeaquarium aan het zoutgehalte van het aquariumwater.
Natuurlijk moeten deze eigenschappen van het water vooraf worden gecontroleerd.
Ten slotte is de plastic zak geheel geopend en de vissen zullen uit zichzelf of met enige voorzichtige hulp "het ruime sop kiezen".
Quarantaine
Het in quarantaine houden van pas aangeschafte vissen kan belangrijk zijn om te voorkomen dat er ziekten in het aquarium of de vijver worden geïntroduceerd.
Ook ogenschijnlijk gezonde vissen kunnen ziektekiemen meedragen.
Die verborgen of latente infecties zijn gewoonlijk heel moeilijk te ontdekken, maar ze kunnen een ramp betekenen in een dichtbevolkte vijver of aquarium.
Ook al worden de vissen zorgvuldig uitgekozen bij een gerenommeerde handelaar, dan nog is er altijd enig risico dat de vissen een of meer ziektekiemen meedragen.
Gedurende de quarantaineperiode worden nieuwe vissen minstens vier weken van de andere vissen gescheiden gehouden.
Ook het overbrengen van ziekte door de hulpmiddelen die worden gebruikt zoals schepnet, vuilhevel, emmer, schraper, enz. moet worden voorkomen.
Deze uitrusting kan het beste dubbel worden aangeschaft, zodat er een apart stel is voor het quarantaine- of hospitaalaquarium.
Wat de dagelijkse werkzaamheden betreft moet dat hospitaaI- aquarium altijd het laatst komen.
Daardoor wordt de kans op overbrenging van ziektekiemen van zieke op gezonde vissen eveneens sterk verminderd.
Daarnaast is persoonlijke hygiëne natuurlijk erg belangrijk.
Het beste is de handen voor en na de onderhoudswerkzaamheden aan aquarium of vijver goed te wassen.
Vissen die in quarantaine worden gehouden moeten goed worden geobserveerd.
Er moet worden gelet op ziekteverschijnselen maar vooral ook op het gedrag.
Een behandeling kan in een quarantainebak veel gemakkelijker gebeuren dan in een bevolkt en beplant aquarium (of vijver).
Ook als de vissen ogenschijnlijk gezond zijn kan het verstandig zijn om een preventieve behandeling te geven tegen parasieten gedurende de quarantaineperiode.
In het algemeen zal een lage temperatuur de levenscyclus van de meeste ziekteverwekkende organismen vertragen.
Dat betekent dat symptomen van ziekte bij lage temperaturen minder snel zullen optreden.
De quarantaineperiode zou dan van vier weken tot acht weken moeten worden verlengd.
Ideaal voor tropische vissen in quarantaine is een temperatuur van 22 tot 25º C en voor koudwatervissen niet beneden 12 tot 15ºC.
Zijn er na vier weken (acht weken bij temperaturen beneden 12 graden) geen ziektesymptomen waargenomen, dan worden de vissen voorzichtig overgebracht in de vijver of het aquarium.
De quarantainebak wordt met de uitrusting grondig schoongemaakt met verdund bleekwater of een ander ontsmettend middel.
Daarna volgen grondig afspoelen onder de kraan en drogen.
Ook na een quarantaine van vier weken en een behandeling met preventieve middelen kan men er niet geheel zeker van zijn dat de vissen vrij van ziektekiemen zijn.
Door een correcte verzorging zal de natuurlijke weerstand van de vissen echter op een zodanig peil worden gehouden dat uitbreken van ziekten wordt voorkomen.
Aquariumvissen
Het inrichten van een quarantaine- of hospitaalbak voor aquariumvissen en kleine vijvervissen is betrekkelijk eenvoudig.
Nodig is een klein tot middelgroot aquarium (inhoud 45 tot 90 liter) met een dekplaat; een filter met filterschuim aangedreven door een luchtpomp of een filter met ingebouwde centrifugaalpomp; een verwarmingsthermostaat (voor tropische vissen); een thermometer; een paar plastic planten of halve bloempotten als schuilplaatsen voor de vissen.
Door de bak wat "Spartaans" te houden is het schoonmaken en desinfecteren veel gemakkelijker na de quarantaineperiode.
Om te zorgen voor biologisch goed water kan gebruik worden gemaakt van een filtermedium dat tevoren in het hoofdaquarium is gebruikt of door een paar geharde vissen, bv. molly's, in de quarantainenebak een miniatuur zijn van het zeeaquarium, compleet met bodemfilter, enz.
Vijvervissen
Om vijvervissen (behalve de kleinste soorten) in quarantaine te kunnen houden is een groot aquarium nodig van minstens 136 liter inhoud.
Eventueel zou gebruik kunnen worden gemaakt van een kinderbad of van een bassin gemaakt van een grote kist of stevige doos die bekleed wordt met vijverfolie.
Deze tijdelijke onderkomens voor de vijvervissen moeten wel worden afgedekt met een fijn nylon gaas dat strak wordt gespannen en verzwaard.
De vissen blijven dan binnen en kinderen, katten en vogels worden buiten gehouden.
Filtratie zal voor de meeste vijvervissen niet nodig zijn maar wel beluchting, vooral bij warm weer.
Worden de vissen in de tuin in quarantaine gehouden houd ze dan uit de zon.
Waterplanten
Ook met de waterplanten kunnen ziektekiemen in vijver of aquarium worden geïntroduceerd; vooral als die planten afkomstig zijn uit een sloot of plas.
Nieuwe waterplanten moeten goed met lauwwarm water worden afgespoeld en daarna verscheidene dagen in een bak zonder vissen in quarantaine worden gehouden.
Tegen parasieten kunnen de planten verscheidene minuten in een zwakke (licht-roze) oplossing van kaliumpermanganaat worden gedoopt ofwel een uur in een kalium-aluminium-sulfaat- oplossing bij 35 graden.
Daarna in beide gevallen goed afspoelen met schoon water.
Algemene tips voor quarantaine
Houd niet te veel vissen in een zoetwatervissen quarantaineaquarium.
Dat zal de problemen alleen maar verergeren.
Zet de quarantainebak niet vlak bij het normale aquarium.
Dat geeft maar onrust tijdens de quarantaineperiode.
Let zorgvuldig op symptomen van overbevolking en van zuurstoftekort zoals het luchthappen van vissen aan het wateroppervlak.
Geef regelmatig maar niet te veel voer tijdens de quarantaineperiode.
Verstrek veilig levend voer om de eetlust te bevorderen indien dat nodig is.
Voer tweemaal per week een gedeeltelijke waterverversing uit van 20-25% en maak -indien aanwezig -het schuimfilterpatroon schoon onder stromend, lauwwarm water om de 7-10 dagen.
Het gedeeltelijk water verversen zal de pas aangeschafte tropische zoetwatervissen helpen te acclimatiseren
Daarbij kan het leidingwater geschikt worden gemaakt met een "conditioner".
Omdat sommige middelen voor de verbetering van de waterkwaliteit de effectiviteit verminderen van bepaalde middelen tegen ziekte (zie de instructies op de verpakking), kan het beter zijn om het kraanwater te verbeteren door beluchting en door het een aantal uren te laten staan om op kamertemperatuur te komen
Zo zal ook een deel van het chloor verdwijnen.
Na een behandeling tegen ziekte kan het nodig is kan het nodig zijn aan het verse water een dosis van het middel toe te voegen om de concentratie ervan in het water van de quarantainebak op peil te houden.
Zie ook hiervoor de instructies op de verpakking van het middel dat wordt gebruikt.